-

ADHD & ADD en klassieke homeopathie

Gemiddelde ontwikkeling van aandacht en prikkelverwerking

Vanaf de geboorte krijgt een kind te maken met een grote hoeveelheid prikkels en informatie. In het begin kan de baby deze informatie nauwelijks filteren. De reactie (reflexen) van een pasgeborene op bepaalde prikkels verdwijnen vaak in het eerste levensjaar. Dat is een teken dat de baby op den duur leert waarop wel en waarop niet gereageerd moet worden. Van de andere kant leert een baby op den duur ook beter en preciezer zijn zintuigen te gebruiken. In de eerste 3 maanden van het leven van een kind neemt namelijk het gezichtsvermogen toe en kan men beter objecten en gezichten onderscheiden op grotere afstanden. Ook leren kinderen beter diepte te onderscheiden als ze 6-14 maanden oud zijn.

Een baby kan na de geboorte maar zeer kort de aandacht op iets vestigen. Een vuistregel is dat een kind elk levensjaar ongeveer 3-5 minuten langer zich ergens op kan concentreren. Een kind van 4 jaar kan zich dus gemiddeld 12-20 minuten concentreren terwijl dat bij een kind van 8 jaar oud 24-40 minuten is. Uiteraard is dit geen vast gegeven, sommige kinderen lopen voor op hun ontwikkeling terwijl anderen wat langzamer zijn. Ook spelen omstandigheden en de soort activiteit (is het boeiend waar ze mee bezig zijn?) een rol. Een kind leert langzaam om prikkels uit de omgeving te filteren en zich er niet door te laten afleiden.

Wat is ADHD/ADD?

De afkorting ADHD staat voor ‘Attention Deficit Hyperactivity Disorder’. Vrij vertaald naar het Nederlands betekent dat ‘Aandacht Tekort Hyperactief Syndroom’. Deze termen geven al aan wat het probleem is: de persoon heeft moeite met de aandacht erbij houden en is bijzonder actief. De afkorting ADD betekent: ‘Attention Deficit Disorder’. Hierbij is dus geen sprake van hyperactiviteit. Dit probleem behoort tot de stoornissen op het gebied van de ontwikkeling. Vandaar dat men ook wel eens het ezelsbruggetje 'ADHD = Altijd Druk Heel Druk' gebruikt.

Over het algemeen komt ADHD vaker voor bij jongens dan meisjes. ADD komt bij meisjes en jongens ongeveer even vaak voor. Men schat dat ongeveer 3-10% van de kinderen ADHD/ADD heeft. Maar deze getallen zijn onzeker omdat de diagnose nogal eens verkeerd wordt gesteld. Het kan echter ook zo zijn dat de diagnose pas op volwassen leeftijd wordt gesteld. Het zal echter duidelijk zijn dat een correcte en tijdige diagnose zeer belangrijk is in verband met de behandeling en acceptatie. Vanaf ongeveer het 4e levensjaar komt men langzaam erachter dat het kind problemen heeft die kunnen wijzen op ADHD/ADD. Het vaakst wordt rond het 7-10e levensjaar deze diagnose gesteld. Als iemand geen last heeft van hyperactiviteit dan kan het zijn dat de diagnose pas veel later gesteld wordt omdat de klachten minder opvallen en omdat men eerst aan andere klachten denkt (bijvoorbeeld dyslexie, achterstand in ontwikkeling, etc.).

Het is niet zo dat ADHD een kinderziekte is die op den duur voorbij gaat. Dit probleem blijft bestaan (hoewel de klachten wat betreft intensiteit wel afnemen) en kan ook bij volwassenen nog dagelijks voor problemen zorgen op het sociale, maatschappelijke en persoonlijke vlak. Indien niet onderkend en behandeld kan het een gevoel van eenzaamheid creëren of de kans op gebruik van drugs vergroten.

Het is belangrijk dat de juiste diagnose op tijd wordt gesteld omdat het voor zowel de omgeving als de patiënt zeer frustrerend is om tegen allerlei problemen aan te lopen zonder dat men precies weet waarom. Kinderen met ADHD kunnen er bijvoorbeeld niets aan doen dat ze rusteloos zijn en zich moeilijk kunnen concentreren. Zo lang het niet duidelijk is dat het probleem komt door ADHD is de kans groot dat er sprake is van onbegrip en teleurstelling terwijl dat niet nodig is.

Op deze website kunt u een filmpje zien over ADHD.

Oorzaken van ADHD/ADD

Er is niet veel bekend over de oorzaken van ADHD/ADD. Er kunnen een aantal factoren zijn die de kans verhogen dat iemand deze klachten krijgt:

  • Biologisch probleem - Heel lang dacht men dat een klein probleem aan de hersenen de oorzaak was van ADHD (vandaar de term ‘minimal brain dysfunction’ die ook wel eens voor ADHD werd gebruikt). Tot op heden is dit echter niet meetbaar. Men gaat er echter nog vanuit dat bepaalde verbindingen in de hersenen niet optimaal werken waardoor het filteren van prikkels en beheersen van impulsen moeilijker is.
  • Psychologische oorzaak - Er is ook een groep onderzoekers die denkt dat omgeving of de ouders een rol kan spelen bij het ontwikkelen van ADHD. Ze beschouwen de manier waarop de moeder met het kind om gaat als een van de voornaamste factoren voor het ontwikkelen van ADHD. Van de andere kant is het moeilijk om aan te geven of het gedrag van de moeder ontstaat vanwege de ADHD of dat de ADHD ontstaat door het gedrag van de moeder. Overweldigend bewijs is er dus nog niet.
  • Erfelijkheid - Kinderen van ouders met ADHD lijken meer kans te hebben om zelf ADHD/ADD te krijgen. Als een kind ADHD heeft dan is de kans dat een broer of zus het ook heeft ongeveer 30%. Een gelijke kans (dus 30%) bestaat dat een van de ouders ADHD heeft.
  • Invloeden tijdens zwangerschap - Roken, alcohol- en cocaïnegebruik tijdens de zwangerschap kunnen de kans vergroten dat het kind later ADHD/ADD krijgt.
  • Laag geboortegewicht - Kinderen die minder dan 1 kg wegen bij de geboorte hebben een groter risico op deze klachten.
  • Trauma aan het hoofd - Een klap tegen het hoofd of iets dergelijks kan op den duur ook deze klachten veroorzaken of de kans erop vergroten.
  • Lood - Blootstelling aan lood kan de kans op ADHD/ADD vergroten.

Symptomen van ADHD/ADD

De belangrijkste kenmerken van iemand met ADHD zijn in grote lijnen:

  • Onoplettendheid - Er is weinig of geen concentratie en aandacht beschikbaar voor een taak of bezigheid waar men op dat moment mee bezig is. Dat uit zich dan bijvoorbeeld door moeite met opletten in de klas, geen aandacht voor wat er gezegd wordt, opdrachten niet tot een einde uitvoeren, snel afgeleid zijn, vergeetachtigheid, makkelijk dingen kwijt raken, moeite met organiseren en ordelijk werken, enzovoorts.
  • Hyperactief - Bij ADHD (bij ADD is er geen sprake van hyperactiviteit) zijn de patiënten bijzonder actief en hebben ze veel energie. Vooral ouderen vertonen wat dat betreft soms wel gedrag dat veel weg kan hebben van manie. Men herkent dit doordat de patiënt niet stil kan zitten en constant moet bewegen, actief en veel spelen (kan niet stil en rustig in een hoekje spelen), veel geluid maken (met speelgoed, hardop praten, etc.), langdurig fysiek actief zijn, enzovoorts. Het is vaak zo dat als kinderen hun eigen gang kunnen gaan er weinig verschil is tussen een hyperactief en een niet-hyperactief kind. Het verschil is zichtbaar tijdens momenten dat de kinderen rustig moeten werken, stil zitten, opletten, etc.
  • Impulsief - Mensen met ADHD/ADD kunnen bijzonder impulsief reageren. Dat hangt ook samen met een gebrek aan voldoende concentratie. Ze zijn snel afgeleid en willen iets anders. Deze impulsiviteit kan men onder andere herkenen door ondoordacht er iets uit flappen, niet zijn/haar beurt af kunnen wachten, grillig gedrag, mensen onderbreken, snel ruzie hebben, een kort lontje hebben.

Het kan zijn dat bij de ene persoon de nadruk ligt op het gebrek aan concentratie terwijl bij de ander de nadruk ligt op het hyperactieve. Ook is het mogelijk dat beide componenten nagenoeg even sterk aanwezig zijn.

Dit probleem is voornamelijk lastig bij het studeren en opvolgen van opdrachten. Informatie absorberen door te luisteren of lezen kan voor deze kinderen en volwassenen een bijzonder groot probleem zijn met alle gevolgen van dien. Het vermogen om langdurig met iets bezig te zijn ontbreekt. Daardoor ontstaat verveling, desinteresse en gaat men minder goed presteren. Ook op sociaal gebied ontstaan problemen. Het zelfvertrouwen neemt af. Ook kan het gedrag en de prestaties de oorzaak van pesterijen zijn. Op volwassen leeftijd kan onbehandelde ADHD mogelijk voor problemen met drugs, justitie, sociale contacten, relaties etc. zorgen.

Niet alleen kan ADHD problemen opleveren in de relatie tussen ouders en kind maar ook met leeftijdgenoten. Kinderen kunnen gepest worden, hebben moeite met contacten leggen of maken vaak ruzie met andere kinderen.

Het gedrag van iemand die ADHD/ADD heeft en dit niet onder controle kan houden vertoont woedeaanvallen, tegendraads gedrag, snel geïrriteerd, moeite met sociale contacten, depressie (dysforie), angst, slaapproblemen en stemmingswisselingen. Lichamelijk kan er sprake zijn van problemen op het gebied van motoriek en beweging.

Andere ziekten die samengaan met ADHD/ADD

Er zijn enkele ziekten en klachten die je vaker ziet in combinatie met ADHD/ADD. Enkele hiervan staan hieronder vermeld:

  • Gedragsstoornis - Ongeveer 30-50% van de kinderen met ADHD heeft ook last van een gedragsstoornis, een vorm van antisociaal gedrag. Deze kinderen liegen, stelen en trekken zich niets aan van het welzijn van anderen. Dit probleem moet veel aandacht krijgen aangezien het op latere leeftijd voor ernstige problemen kan zorgen zoals: conflicten in de relatie/met mensen in de omgeving en/of crimineel gedrag. Men ontwikkelt dan een wat men noemt een antiscociale persoonlijkheidsstoornis.
  • Oppositioneel Opstandig gedrag - Van de kinderen met ADHD heeft ongeveer 33-50% last van oppositioneel opstandig gedrag. Dit gedrag uit zich door opstandigheid, verzet en woedeuitbarstingen.
  • Angst en depressie - Soms gaat de ADHD gepaard met angst of depressie (20-25%). Beide klachten moeten behandeld worden.
  • Leerstoornissen - Het kan zijn dat iemand met ADHD ook leerproblemen heeft zoals dyslexie, dyscalculie, etc. Op zich is het al moeilijk om te leren omdat kinderen met ADHD/ADD moeite hebben met concentreren. Als de ADHD gepaard gaat met een leerstoornis dan is het extra moeilijk.
  • Manische of Bipolaire stemmingsstoornis - Enkele kinderen met ADHD kunnen manisch of manisch-depressief (bipolaire stemmingsstoornis) worden.
  • Tourette Syndroom - Volgens onderzoek kunnen slechts enkele kinderen naast ADHD ook het Tourette Syndroom ontwikkelen. Echter omgekeerd geldt dat veel patiënten met het Tourette syndroom ook ADHD hebben. Het Tourette syndroom is een syndroom waarbij de patiënt neurologische problemen heeft die resulteren in tics, kuchen, snuiven en/of ongecontroleerd woorden uitspreken.

Verschillen tussen ADHD/ADD en andere problemen

Het is soms moeilijk om een juiste diagnose te stellen. Het kan namelijk ook zo zijn dat andere stoornissen of problemen soortgelijke symptomen kunnen vertonen. Een kind dat slaapproblemen heeft kan overdag bijvoorbeeld ook moeite hebben met concentreren waardoor problemen met leren ontstaan. Er is dan echter geen sprake van ADD en zouden de klachten opgelost kunnen worden door het probleem met slapen op te lossen.

Enkele van de problemen waarmee ADHD/ADD verward kan worden zijn:

  • Autisme - Autistische kinderen leren ook moeilijk en hebben problemen met sociale contacten. Men zou dit kunnen verwarren met ADD.
  • Opvoedingsproblemen - Soms ontstaan ADHD-achtige klachten door een gebrek aan discipline en grenzen. Kinderen kunnen hierdoor in hun gedrag dezelfde symptomen vertonen als bij ADHD en ADD. Omgekeerd is het echter niet zo dat ADHD veroorzaakt wordt door problemen in de opvoeding. ADHD is een medisch probleem. Een verandering in opvoeding (bijvoorbeeld meer structuur en regelmaat, zie paragraaf over Reguliere behandeling) kan echter wel helpen om de klachten te verminderen en onder controle te houden.
  • Gedragsproblemen - Gedragsproblemen veroorzaakt door andere oorzaken kunnen ook verward worden met ADHD.
  • Depressie - Een kind dat door omstandigheden niet lekker in zijn vel zit kan snel afgeleid, lusteloos en apathisch zijn en daardoor depressief lijken.
  • Leerproblemen - Leerproblemen zoals dyslexie kunnen indien onopgemerkt ook leiden tot verveling, concentratie- en leerproblemen. Dat kan verwarrend zijn ten opzichte van ADD.
  • Foetaal Alcohol Syndroom (FAS) - Foetaal Alcohol Syndroom is een probleem dat ontstaat als de moeder tijdens de zwangerchap teveel alcohol drinkt. De hoeveelheid alcohol is voor elke moeder anders. Het kind dat FAS heeft, is tijdens de zwangerschap met teveel alcohol in aanraking geweest. Daardoor ontstaan onder andere gedragsproblemen die veel weg kunnen hebben van ADHD/ADD. Typisch zijn echter ook de gelaatskenmerken (ondiepe neusbrug, kleine ogen, plat middengezicht, korte neus, dunne en vlakke bovenlip). Deze uiterlijke kenmerken hebben kinderen met ADHD/ADD niet. FAS is makkelijk te voorkomen door geen alcohol te drinken tijdens de zwangerschap.

Het is moeilijk om een juiste diagnose te stellen. Vaak is er veel tijd voor nodig en kan men niet vertrouwen op een enkele test.

Reguliere behandeling van ADHD/ADD

De reguliere behandeling van ADHD/ADD bestaat vooral uit:

  • Opvoeding - Structuur, regelmaat, routine en orde is belangrijk voor mensen die deze klachten hebben. Dat wil zeggen dat de ouders veel aandacht moeten hebben voor deze aspecten. Ook moeten ze ten opzichte van elkaar consequent zijn (de een moet niet toestaan wat de ander verbied).
  • Prikkels beperken - Door ervoor te zorgen dat er zo weinig mogelijk afleiding is kan men de symptomen beter onder controle houden. In een omgeving waarin namelijk veel prikkels zijn kan men vanzelfsprekend sneller afgeleid zijn. Ook kan men de taken en oefeningen aanpassen (bijvoorbeeld niet zo lang bezig zijn met hetzelfde).
  • Medicatie - Ritalin is natuurlijk het bekendste middel dat gegeven wordt aan mensen die ADHD hebben. Mensen met ADD krijgen dit middel niet omdat Ritalin vooral van invloed is op de hyperactiviteit. Er is echter ook andere medicatie die gebruikt kan worden. Vergeleken met gedragstherapie schijnt deze behandeling betere resultaten te hebben. Echter er zitten ook grote nadelen aan deze behandelwijze vanwege de bijwerkingen van de medicatie (onder andere hoofd- en maagpijn, slapeloosheid, depressie, verlies van eetlust, hoge bloeddruk).
  • Gedragstherapie - Door gedragstherapie te gebruiken kan men de kinderen langzaam leren om de symptomen van ADHD te beheersen. Door goed gedrag te belonen kan langzaamaan geleerd worden om de impulsen en concentratieproblemen de baas te worden.
  • Aanpassen - Dat luisteren en lezen voor deze kinderen vaak een probleem is wil niet zeggen dat ze daardoor niet kunnen leren. Onder de juiste omstandigheden kunnen ze bijvoorbeeld wel leren door te doen. Als men zich hierop richt dan kan men daardoor ook spanningen thuis en op school reduceren waardoor er een betere situatie ontstaat.
  • Voeding - In enkele gevallen kan het helpen om te kijken of bepaalde elementen in de voeding de klachten verergeren. Als dat bekend is dan kan men deze stoffen vermijden.

Nog enkele tips voor ouders met kinderen die ADHD/ADD hebben:

  • Neem het ze niet kwalijk en verwijt jezelf of het kind niet de impulsiviteit en moeite met concentreren.
  • Zorg voor een strak schema en duidelijke routines. Wijk hier niet van af, ook niet bij speciale gelegenheden (bijvoorbeeld vakantie).
  • Zorg voor duidelijke en eenvoudige opdrachten en bezigheden. Werk desnoods stap voor stap naar een bepaald doel toe.
  • Geef het kind elke dag de kans om energie kwijt te kunnen.
  • Beloon goed gedrag maar wees duidelijk dat negatief gedrag niet gewenst is. Wees realistisch in wat haalbaar is en wat je kunt verwachten.
  • Besteed regelmatig tijd alleen met het kind dat ADHD heeft.
  • Zorg ook voor jezelf: maakt tijd voor ontspanning door bijvoorbeeld een oppas te regelen.

Klassieke homeopathie en ADHD/ADD

ADHD en ADD zijn in principe wel te behandelen met behulp van homeopathie maar er spelen een aantal factoren een rol. Een van de factoren is de leeftijd. Iemand die de puberteit al uit is, is over het algemeen moeilijker succesvol te behandelen voor dit soort klachten dan jonge kinderen. Dat komt omdat naarmate de tijd verstrijkt, bepaalde patronen van gedrag inslijten en het steeds moeilijker wordt om die patronen te veranderen.

Een andere factor bij kinderen is bijvoorbeeld de thuissituatie. Is die niet gunstig (weinig structuur en discipline) dan is de behandeling over het algemeen ook moeilijker. Er zou dan een situatie kunnen ontstaan waarin de positieve effecten door de behandeling teniet worden gedaan door de omstandigheden thuis. We spreken dan van een terugval door de omstandigheden.

Een andere factor is de oorzaak van de klachten. Als werkelijk een stukje in de hersenen beschadigd is dan kan het zijn dat deze beschadiging niet meer te genezen valt. In dat opzicht is het ook lastig om goede resultaten te behalen.

Indien men echter op tijd begint met de behandeling van de klachten is het mogelijk dat de klachten aanzienlijk verbeteren. Het is in ieder geval verstandig om naast de reguliere behandeling een homeopathische behandeling te proberen. Op die manier is het mogelijk om de bijwerkingen van de medicatie te verminderen en ervoor te zorgen dat het lichaam effectiever hiermee omgaat. De ervaring leert dat over het algemeen de ADHD/ADD klachten flink te verbeteren zijn door middel van klassieke homeopathie.

Wat de medicatie betreft is er een overeenkomst in de tegengestelde werking van een regulier medicijn zoals Ritalin (een amfetamine) op hyperactieve en niet-hyperactieve mensen. Op niet-hyperactieve mensen heeft amfetamine een stimulerend effect. Datzelfde middel heeft echter op hyperactieve mensen juist een dempend effect. Een soortgelijk principe gaat op voor de homeopathische middelen: een middel dat bij gezonde mensen bepaalde symptomen veroorzaakt, zorgt juist bij mensen die ziek zijn en diezelfde symptomen vertonen voor een genezende reactie.

Vaak ziet men nadat men het goede homeopathische middel heeft gegeven een verschuiving van het mentale naar het emotionele vlak. ADHD/ADH is namelijk in wezen een mentaal probleem (concentratieproblemen, vergeetachtigheid, gebrek aan structuur, impulsiviteit, etc). In het algemeen is een genezende reactie wil zeggen dat de nadruk van de klachten van het mentale via het emotionele naar het fysieke vlak verschuiven. Bij ADHD/ADH wil dat zeggen dat de mentale klachten van concentratieproblemen, impulsiviteit, etc weg gaan of sterk verminderen en daar voor in de plaats kunnen emotionele problemen ontstaan zoals meer irritatie, meer emoties, kwader zijn, etc. Dus als de mentale problemen weg gaan en er emotionele problemen voor in de plaats komen dan is dit in principe een gunstig teken. Als de mentale klachten blijven en emotionele klachten erbij komen dan is dat geen goed teken. Homeopathisch gezien zijn er 3 mogelijk heden als het zwaartepunt van de klachten verschuift naar het emotionele vlak:

  • Wachten - Indien mogelijk moet men wachten tot ook de emotionele klachten beter worden aangezien het mogelijk is dat het genezingsproces nog door gaat en ook de emotionele problemen tot een fase behoren die men moet doorlopen.
  • Herhaal middel (zelfde potentie) - Als wachten echt geen optie is of na een week of 2-3 wachten is er nog steeds geen verbetering van de emotionele klachten dan kan men het middel in dezelfde potentie herhalen.
  • Herhaal middel (hogere potentie) - Als dezelfde potentie van hetzelfde middel geen effect heeft dan kan men een hogere potentie geven zodat het proces weer op gang wordt gebracht.

Homeopaat bij u in de buurt

Mocht u op zoek willen gaan naar een homeopaat om uw klachten te behandelen dan zijn deze tips om een bekwame homeopaat te herkennen mogelijk interessant.

Bespreking tijdens radioprogramma 'Nens in de middag'

Klik hier om gesprek te beluisteren

Beoordeling

Hier kunt u uw mening over het artikel geven.

Uw beoordeling

Eventuele opmerkingen:

Eventueel uw email:

Anti-spam: hoeveel is 5+6?

   

Bronnen en interessante links


Met betrekking tot het gebruik van deze informatie zijn er een aantal dingen die belangrijk zijn om te weten. Deze informatie vindt u via deze link.

 

 

Nieuws

Copyright 2012-2024 Klassieke Homeopathie Rob Willemse - webdesign Lutra Design